Programmabegroting 2019

Structureel en reëel evenwicht

Structureel en reëel evenwicht

Incidentele en structurele begrotingsposten

Bedragen * € 1.000

2019

2020

2021

2022

Incidenteel

Baten

-6.292

-4.218

-50

-50

Lasten

106.958

63.526

36.370

27.316

Saldo van incidentele baten en lasten

100.666

59.308

36.320

27.266

Onttrekkingen reserves

-674.555

-148.884

-117.975

-110.482

Stortingen reserves

575.769

123.068

109.727

94.262

Saldo van incidentele mutaties reserves

-98.785

-25.817

-8.248

-16.220

Totaal incidentele onderdelen

1.881

33.491

28.072

11.046

Structureel

Baten

-451.591

-448.572

-449.524

-456.267

Lasten

413.790

394.886

400.707

401.375

Saldo van structurele baten en lasten

-37.801

-53.686

-48.817

-54.892

Onttrekkingen reserves

-10.815

-13.072

-13.492

-13.338

Stortingen reserves

46.736

33.268

34.238

32.418

Saldo van structurele mutaties reserves

35.921

20.196

20.746

19.080

Totaal structureel begrotingsresultaat

-1.881

-33.491

-28.072

-35.813

Totaal begrotingsresultaat

0

0

0

-24.767

De structurele baten van de provincie bestaan voornamelijk uit de provinciefondsuitkering en de motorrijtuigenbelasting.

Op basis van de circulaires van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Provinciefonds) en gegevens van  de belastingdienst met betrekking tot de ontwikkeling in samenstelling en omvang van het wagenpark (opcenten motorrijtuigenbelasting) worden deze twee posten geraamd.

Sluitende begroting

Uit de regel "Totaal begrotingsresultaat " in bovenstaande tabellen per jaar blijkt dat de begrotingen 2019 t/m 2021 in evenwicht zijn en in 2022 er sprake is van een voordelig saldo. De lasten en de toevoegingen aan de reserves zijn gelijk of lager dan de baten en de onttrekkingen aan de reserves. Daarmee is er sprake van een sluitende begroting.

Structureel evenwicht

Om vast te kunnen stellen of er ook sprake is van een structureel evenwicht, wordt gekeken of de structurele lasten en stortingen in onttrekkingen lager zijn dan de structurele baten. In de tabel hierboven zien we dat dat voor alle jaren het geval is.
Daaruit blijkt dat de begroting 2019 structureel evenwicht kent.. Dit geldt ook voor de jaren 2020 tot en met 2022. In andere woorden: Al onze jaarlijks terugkerende lasten worden gedekt door jaarlijks terugkerende baten. Dit geeft de zekerheid dat wij ook op de wat langere termijn een robuust financieel beleid hebben.