Programmabegroting 2019

Water

Beleidsindicatoren

Via het Besluit Begroting en Verantwoording is vastgelegd, dat alle provincies vanaf de begroting 2018 indicatoren in de begroting moeten vermelden. Deze indicatoren zijn in IPO verband opgesteld en vastgesteld door het ministerie van BZK. De indicatoren zijn geplaatst bij het begrotingsprogramma waar ze het best passen. De bron voor de vermelding in onze begroting is, zoals voorgeschreven, de website http://www.waarstaatjeprovincie.nl. Daar is ook vergelijkingsmateriaal met andere provincies te vinden en de definitie die wordt gehanteerd voor de betreffende indicator.

Duurzame ruimtelijke ontwikkeling waaronder waterbeheer
% waterlichamen met een goede ecologische kwaliteit (oppervlaktewater):

Ecologische toestand
Waterschapsgebied

Goed

Matig

Slecht

Ontoereikend

Hollands Noorderkwartier

0%

45%

6%

49%

Rijnland

0%

43%

18%

40%

Amstel, Gooi en Vecht

0%

37%

17%

47%


Jaar van meting


                                         2017

Toelichting tabel:
*Het betreft de ecologische toestand conform de Kaderrichtlijn Water (KRW)
*Rijnland en AGV zijn grensoverschrijdende waterschappen. De toestand van de waterlichamen in Zuid-Holland en Utrecht is in de cijfers meegenomen.

*Ook Rijkswaterstaat beheert een aantal waterlichamen. Deze zijn niet in de cijfers meegenomen omdat op http://www.waarstaatjeprovincie.nl alleen de toestand van de regionale, door waterschappen beheerde, waterlichamen is opgenomen.

*Percentages per waterschap tellen niet altijd op tot 100%. Dit komt door afrondingsverschillen.

Definitie volgens de website: De indicator geeft de ecologische kwaliteit van het water per waterschap, conform de KRW, weer via de vier categorieën goed, matig, ontoereikend en slecht.

Toelichting: de Europese KRW is in 2000 door het Europees Parlement vastgesteld. Deze kaderrichtlijn heeft als doel de kwaliteit van de oppervlakte- en grondwateren te verbeteren en in stand te houden. De KRW bevat een beoordelingsmethode voor het bepalen van de kwaliteitstoestand van het oppervlaktewater. De belangrijkste indicatoren voor de kwaliteit zijn de chemische en ecologische toestand van de waterlichamen. De chemische toestand wordt bepaald door meer dan 40 stoffen. De ecologische toestand wordt o.a. bepaald door de fysisch-chemische toestand en vier biologische kwaliteitselementen (macrofauna, overige waterflora, vis en fytoplankton). De beoordeling vindt plaats op basis van het 'one out-all out principe'. Dit principe houdt in dat indien één kwaliteitselement niet aan de eisen voldoet, de toestand van het waterlichaam als niet als goed wordt beoordeeld. De toestand van de vier afzonderlijke biologische kwaliteitselementen is minder negatief dan het totaalbeeld volgens bovenstaande tabel.